Team Mijnzzp

Verzorging ouderen

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), Jan Anthonie Bruijn, heeft recent duidelijk gemaakt dat de zorgsector géén uitzondering krijgt op de regels rond zelfstandigen zonder personeel (zzp). Ondanks de oproepen vanuit de zorgsector en politieke partijen blijft de positie van zzp’ers in de zorg nauwkeurig onder de wetgeving vallen.

Inhoudsopgave
Waarom geen uitzondering?
Impact op continuïteit en werkgeverschap
Rechtvaardigheid tussen sectoren
Wat betekent dit voor zzp’ers in de zorg?

Waarom geen uitzondering?

De aanleiding voor het debat is de afname van het aantal zzp’ers in de zorgsector sinds strengere handhaving van wetgeving. Volgens minister Bruijn is deze daling niet verrassend, omdat het terugdringen van schijnzelfstandigheid juist een belangrijk doel is van de huidige regelgeving. Schijnzelfstandigheid houdt in dat iemand formeel zzp is, maar in de praktijk als werknemer werkt, iets wat de wet wil voorkomen.

De minister stelt dat een daling in het aantal zzp’ers niet per se betekent dat er minder mensen actief zijn in de zorg. Sommige professionals stappen over naar loondienst of andere contractvormen. Dit biedt mogelijk meer zekerheid, maar roept ook vragen op over flexibiliteit en inzetbaarheid in een sector die vaak pieken en flexibiliteit kent.

Impact op continuïteit en werkgeverschap

Een belangrijke zorg van onder anderen zorgaanbieders is dat de continuïteit van zorg in gevaar komt als zzp’ers minder worden ingezet. Volgens de minister ligt die verantwoordelijkheid vooral bij werkgevers, die zich moeten inspannen om de zorg achter de schermen goed in te richten. Hij noemt het ontwikkelen van een flexibele schil, regionaal werkgeverschap en alternatieve vormen van inhuur als opties waarmee de sector kan werken aan een veerkrachtige personeelsstructuur.

Verder refereert hij aan een beleidsbesluit uit juni 2024 waarin is omschreven op welke manieren personeel btw-vrij kan worden uitgeleend. Dit moet de overgang vergemakkelijken wanneer mensen via andere vormen van contract of inhuur gaan werken.

Rechtvaardigheid tussen sectoren

Bruijn benadrukt dat het maken van uitzonderingen voor de zorgsector juridisch riskant, uitvoeringslastig en beleidsmatig ongewenst is. Bovendien zou het oneerlijke verschillen creëren tussen sectoren. De kern van de aanpak is het gelijk behandelen van alle sectoren in Nederland. Daarmee wil het kabinet bijdragen aan een stabielere arbeidsmarkt waarin schijnzelfstandigheid wordt teruggedrongen, ook in de zorg.

Hij merkt ook op dat werken in loondienst niet noodzakelijk gelijk staat aan verlies van autonomie: binnen arbeidscontracten kunnen flexibiliteit en eigen invulling van taken vaak gewoon overeind blijven.

Wat betekent dit voor zzp’ers in de zorg?

Voor zzp’ers in de zorg betekent deze beslissing dat zij niet kunnen rekenen op speciale vrijstellingen of versoepelingen. De geldende wet- en regelgeving blijft van toepassing. Wie besluit om als zzp’er te blijven werken, moet zorgvuldig kijken of de samenwerking echt past binnen de regels, zowel qua contractuele afspraken als qua praktijkvoering.

Tegelijkertijd is het goed om te weten dat de overheid zoekt naar manieren om de sector te ondersteunen bij de overgang naar meer loondienst of anders georganiseerde inhuur. Maar voor nu geldt: de regels rond zzp blijven ook in de zorg streng gehandhaafd.

Mijnzzp.nl